Interactief overzicht sterftecijfers
Op VZinfo worden de sterftecijfers voor een selectie van doodsoorzaken gepresenteerd in een interactief overzicht. Voor alle onderwerpen zijn sterftecijfers beschikbaar naar leeftijd en geslacht. Naast de huidige situatie zijn er per ziekte/aandoening ook trends beschikbaar.
In 2021 overleden 47 duizend personen aan kanker en goedaardige tumoren
In 2021 overleden de meeste mensen aan kanker en goedaardige tumoren (nieuwvormingen). Sinds 2007 is de absolute sterfte aan nieuwvormingen groter dan aan hart- en vaatziekten. Van de 170.976 personen die in 2021 in Nederland overleden, stierven 47.022 personen (27,5%) aan nieuwvormingen en 37.375 personen (21,9%) aan hart- en vaatziekten. De overige ICD-10 (International Classification of Diseases, tenth revision)-hoofdstukken waren allemaal verantwoordelijk voor minder dan 10% van de totale sterfte. COVID-19 was in 2021 verantwoordelijk voor 11,4% van de totale sterfte.
Tabel: Sterfte naar ICD-hoofdgroep 2021; absoluut en percentage van totaal
Bron: CBS Doodsoorzakenstatistiek (versie v2022-06-23)
- aIn verband met de COVID-19-pandemie is er in 2020 een aparte categorie doodsoorzaken bijgekomen. De ICD-10-codes U07.1 (vastgestelde COVID-19) en U07.2 (vermoedelijke COVID-19) zijn zogenaamde ‘emergency-codes’.
- De sterftecijfers voor 2021 zijn voorlopig.
Definitie sterfte aan COVID-19 wijkt enigszins af
Standaard wordt in de doodsoorzakenstatistiek de onderliggende doodsoorzaak (De ziekte of de gebeurtenis die aan de basis ligt van een aaneenschakeling van gebeurtenissen die tot de dood leidt.
) gepresenteerd. Deze is gedefinieerd als de ziekte of de gebeurtenis waarmee de aaneenschakeling van gebeurtenissen die tot de dood leidde, startte. Bij een zogenaamde uitwendige (niet natuurlijke) doodsoorzaak (ongeval, geweld of bijvoorbeeld suïcide) wordt vrijwel altijd de gebeurtenis (bijvoorbeeld een vervoersongeval) als onderliggende doodsoorzaak aangemerkt en wordt het ontstane letsel apart gecodeerd. Dat is de reden dat bijvoorbeeld verwondingen en fracturen niet in de ranglijst zijn opgenomen.
De definitie van overlijden aan COVID-19 wijkt om reden van surveillance enigszins af van de wijze waarop een aandoening standaard als (onderliggende) doodsoorzaak wordt aangemerkt. Hierbij worden de instructies van de WHO gevolgd. Overlijden aan COVID-19 is gedefinieerd als overlijden aan een aandoening gerelateerd aan COVID-19. Dit wil zeggen dat COVID-19 wordt aangemerkt als doodsoorzaak in alle gevallen van natuurlijk overlijden waarbij COVID-19 op het doodsoorzakenformulier is vermeld in de oorzakelijke keten. Wanneer COVID-19 en een andere aandoening op het doodsoorzakenformulier staan vermeld als aandoeningen die deel uitmaken van de oorzakelijke keten, wordt COVID-19 aangemerkt als doodsoorzaak.
Belangrijkste doodsoorzaken verschillen per leeftijd
De mate waarin doodsoorzaken verantwoordelijk zijn voor sterfte verschilt per leeftijd. Onderstaande informatie over de belangrijkste doodsoorzaken per leeftijdsgroep (0 tot en met 14 jaar, 15 tot en met 64 jaar en 65 jaar en ouder) is gebaseerd op de sterfte in 2021.
- In de leeftijdsgroep 0 tot en met 14 jaar zijn aangeboren afwijkingen van het hartvaatstelsel en vroeggeboorte, ondergewicht en/of groeivertraging verantwoordelijk voor de grootste sterfte (zie Ranglijst doodsoorzaken bij 0- tot en met 14-jarigen).
- In de leeftijdsgroep 15 tot en met 64 jaar is longkanker verantwoordelijk voor de grootste sterfte, op enige afstand gevolgd door COVID-19, zelf toegebracht letsel (suïcide), coronaire hartziekten en borstkanker (zie Ranglijst doodsoorzaken bij 15 tot en met 64-jarigen).
- In de leeftijdsgroep 65 jaar en ouder is COVID-19 de belangrijkste doodsoorzaak, gevolgd door dementie (zie Ranglijst doodsoorzaken bij 65-plussers).
- M.H.D. Plasmans (RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))
- C. Deuning, red. (RIVM)
- A.M. Gommer, red. (RIVM)
- C. Hendriks, red. (RIVM)