Vragen


Antwoorden


Wat is de definitie van de vaccinatiegraad van het Rijksvaccinatieprogramma?

De vaccinatiegraad is kort gezegd een deelnamepercentage, het geeft aan welk deel van een bepaalde groep personen gevaccineerd is binnen het Rijksvaccinatieprogramma (RVP Rijksvaccinatieprogramma (Rijksvaccinatieprogramma)). De geldigheid (juistheid en tijdigheid) van (een serie van) vaccinaties wordt op individueel niveau beoordeeld volgens een algoritme op basis van de jaarlijks door het Centrum Infectieziektebestrijding (CIb Centrum Infectieziektebestrijding (onderdeel van het RIVM) (Centrum Infectieziektebestrijding (onderdeel van het RIVM))) gepubliceerde RVP-richtlijn. Dit in tegenstelling tot zogenaamde voorlopige opkomstcijfers waarbij bijvoorbeeld gekeken wordt hoeveel meisjes een eerste HPV Humaan papilloma virus (Humaan papilloma virus)-vaccinatie hebben gekregen.


Hoe wordt de vaccinatiegraad van het Rijksvaccinatieprogramma precies berekend?

De vaccinatiegraad - uitgedrukt in een percentage - wordt berekend door het aantal gevaccineerde kinderen te delen door het totaal aantal kinderen in een bepaald geboortecohort en dit te vermenigvuldigen met 100. Daarbij wordt meegenomen of de gewenste (serie van) vaccinaties voor een bepaalde leeftijdsgrens behaald zijn. De berekening wordt uitgevoerd op basis van de gegevens zoals geregistreerd in het landelijke vaccinatieregister Præventis. Vanwege de COVID-19-pandemie is in verslagjaar 2023 de vaccinatiegraad ook zonder leeftijdsgrens berekend, dit is dus inclusief vaccinaties die later zijn gegeven.

Het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) ontvangt sinds 1 januari 2022 de gegevens van een deel van de vaccinaties anoniem. Dat gebeurt als mensen geen toestemming geven om hun gegevens met het RIVM te delen. Anonieme vaccinaties kunnen niet worden meegeteld voor de vaccinatiegraad, waardoor deze lager wordt gerapporteerd dan hij daadwerkelijk is. Het aantal vaccinaties dat niet kan worden meegeteld, is nu nog vrij klein doordat kinderen grotendeels al vóór 2022 voor de RVP-vaccinaties zijn uitgenodigd.


Voor welke vaccinaties wordt de vaccinatiegraad berekend en welke leeftijdsgrenzen worden hierbij gebruikt?

Onderstaand schema laat voor elk van de (serie van) vaccinaties zien op welke leeftijd(en) de vaccinatiegraad wordt berekend. Voor bijvoorbeeld de BMR Bof, mazelen, rodehond (Bof, mazelen, rodehond)-vaccinatie tegen bof, mazelen en rodehond - aangeboden rond 14 maanden en 9 jaar - wordt op twee momenten in de tijd de vaccinatiegraad bepaald. Op individueel kindniveau wordt bekeken of hij/zij de eerste BMR-vaccinatie heeft ontvangen voor de 2e verjaardag en de tweede BMR-vaccinatie voor de 10e verjaardag. De vaccinatiegraad is dus een momentopname. Als een kind op een later moment alsnog gevaccineerd wordt, wordt dat niet meer meegenomen in de berekening.

Tabel: Individuele leeftijd waarop de vaccinatiegraad per vaccinatie wordt vastgesteld.

VaccinatieSchema

Sterk vereenvoudigd schema, omdat kinderen afhankelijk van hun leeftijd en vaccinatieschema op verschillende manieren een bepaalde vaccinatietoestand kunnen bereiken.

a Hep B-0 op derde levensdag (alleen voor kinderen van moeders die drager zijn van het hepatitis B-virus).
b Basisimmuun voor DKTP Difterie, kinkhoest, tetanus, polio (Difterie, kinkhoest, tetanus, polio)/BMR/MenACWY én volledig afgesloten voor Hib Haemophilus influenza type b (Haemophilus influenza type b)/Hep B/Pneu.
c Naast de vaccinatietoestand ‘gerevaccineerd’ wordt ook de toestand ‘voldoende beschermd’ vastgesteld. Dit is de som van het aantal gerevaccineerde kinderen en het aantal kinderen dat de basisimmuniteit pas bereikt op de leeftijd van 2 tot 5 jaar en daarom niet in aanmerking komt voor revaccinatie.
d Twee vaccinaties.


Wordt de vaccinatiegraad van het Rijksvaccinatieprogramma voor de gehele Nederlandse bevolking berekend?

Nee, de vaccinatiegraad wordt niet voor de gehele Nederlandse bevolking berekend maar elk jaar voor een volgend geboortecohort. De vaccinatiegraad voor BMR (bof, mazelen en rodehond) is in 2023 bijvoorbeeld bepaald voor geboortecohort 2020 (eerste BMR-vaccinatie ontvangen voor de leeftijd van 2 jaar) en voor geboortecohort 2012 (tweede BMR-vaccinatie ontvangen voor de leeftijd van 10 jaar). In 2024 zal de BMR-vaccinatiegraad worden berekend voor geboortecohort 2021 en 2013, enzovoorts.


Waarom wordt er in 2023 gerapporteerd over de vaccinatiegraad van zuigelingen geboren in 2020 en niet over jongere kinderen?

Sinds de invoering van het landelijke vaccinatieregister Praeventis krijgen alle kinderen van een geboortecohort evenveel tijd om de vaccinaties te halen. Ze moeten daarom allemaal een bepaalde leeftijd hebben bereikt op het moment dat de vaccinatiegraad wordt bepaald. De vaccinatiegraad voor zuigelingen wordt vastgesteld op 1- en 2-jarige leeftijd. Voor kinderen geboren in 2020 geldt dat zij in maart 2023 (het moment waarop de vaccinatiegraad wordt bepaald) allemaal de 2-jarige leeftijd hebben bereikt. Een deel van de kinderen geboren in 2021 moet in 2023 nog 2 jaar oud worden. De vaccinatiegraad voor kinderen geboren in 2021 wordt daarom pas in maart 2024 bepaald.


Worden alle kinderen in de berekening van de vaccinatiegraad meegenomen?

Nee, in de berekening worden alleen kinderen meegenomen die staan ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP). Het landelijke vaccinatieregister Præventis heeft een link met deze registratie. Kinderen die niet zijn ingeschreven in de BRP (zoals illegale kinderen, een deel van de asielzoekerskinderen en kinderen van diplomaten) worden niet in de berekening van de vaccinatiegraad meegenomen.


Worden alle gegeven vaccinaties in de berekening van de vaccinatiegraad meegenomen?

Nee. Kinderen die wonen in gemeenten dicht bij de grens (zoals bijvoorbeeld Vaals, Kerkrade en Simpelveld) worden vaak in Duitsland of België gevaccineerd. Deze vaccinaties worden alleen meegenomen wanneer ze door de ouders worden doorgegeven en geregistreerd in Præventis, wat slechts gedeeltelijk gebeurt. Voor asielzoekerskinderen die staan ingeschreven in de BRP worden vaccinaties alleen meegenomen wanneer een vaccinatie-intake heeft plaatsgevonden en de vaccinatiegegevens ook in Præventis zijn geregistreerd. Daarnaast worden vaccinaties die via de huisarts, GGD Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst) of een ander vaccinatiecentrum zijn gegeven ook niet altijd doorgegeven en geregistreerd in Præventis. Hierdoor kan de vaccinatiegraad worden onderschat, met name in grensgemeenten en gemeenten met een asielzoekerscentrum.

Tot slot geven sommige ouders geen toestemming voor doorgifte van de vaccinatiegegevens met persoonsgegevens van de JGZ Jeugdgezondheidszorg (Jeugdgezondheidszorg)(Jeugdgezondheidszorg) naar het RIVM(Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu). Anonieme vaccinaties kunnen niet worden meegeteld voor de vaccinatiegraad, waardoor deze lager wordt gerapporteerd dan hij daadwerkelijk is.


Wordt er ook een vaccinatiegraad voor volledige deelname aan het totale Rijksvaccinatieprogramma berekend (1 percentage)?

Naast de vaccinatiegraad per vaccinatie wordt voor zuigelingen ook de volledige vaccinatiegraad berekend. Dit is het percentage zuigelingen dat alle vaccinaties volgens het RVP-schema heeft ontvangen voor het bereiken van de 2-jarige leeftijd. Daarnaast wordt ook de volledige vaccinatiegraad berekend voor jongeren in het jaar dat ze 16 worden.


Waarom is de vaccinatiegraad voor volledige deelname lager dan voor de afzonderlijke vaccinaties?

De volledige vaccinatiegraad ligt lager dan de vaccinatiegraad voor de losse vaccinaties afzonderlijk omdat sommige mensen er voor kiezen om bepaalde vaccinaties uit te stellen of achterwege te laten.


Waar moet je rekening mee houden bij de interpretatie van de vaccinatiegraad op regionaal niveau?

  • Het is belangrijk voorzichtig te zijn bij de interpretatie van verschillen tussen regio’s of gemeenten en verschillen tussen jaren binnen eenzelfde regio of gemeente. Dit kunnen daadwerkelijke verschillen zijn maar ze kunnen ook deels veroorzaakt worden door de mate waarin op regionaal niveau informed consent wordt geregistreerd. De mate van informed consent is niet alleen afhankelijk van de bereidheid van gevaccineerden en/of de ouder(s) om toestemming te geven voor gegevensuitwisseling maar ook van de inspanning van de betreffende JGZ-organisatie(s) om toestemming te verkrijgen en verschilt ook per vaccinsoort.
  • Vanwege het kleinere aantal kinderen is de vaccinatiegraad op gemeente- en met name postcodeniveau veel gevoeliger voor schommelingen dan de landelijke vaccinatiegraad. In een gemeente met bijvoorbeeld 200 kinderen geven 5 minder gevaccineerde kinderen ten opzichte van vorig jaar al een daling in de vaccinatiegraad van 2,5%. Op landelijk niveau geven 5 minder gevaccineerde kinderen slechts een daling in de vaccinatiegraad van 0,003%.
  • In sommige gevallen is het aantal kinderen op gemeente- of postcodeniveau zo klein dat er sprake is van onthullingsrisico, de privacy komt dan in gevaar. Dit is de reden dat de vaccinatiegraad op postcodeniveau (PC4) alleen op aanvraag wordt geleverd aan professionals (in Jeugdgezondheidszorg of Infectieziektebestrijding) of beleidsmedewerkers van uitvoerende JGZ-organisaties en alleen voor die postcodegebieden die liggen in het eigen werkgebied. 
  • Bedenk dat de vaccinatiegraad altijd een momentopname is. De vaccinatiegraad wordt bepaald op verschillende leeftijden (1, 2, 5, 10, 14 en 15 jaar). Als een kind op een later moment alsnog gevaccineerd wordt, wordt dat niet meer meegenomen in de berekening.
  • De vaccinatiegraad wordt berekend per geboortecohort en niet voor de gehele bevolking. Een daling in de vaccinatiegraad in een bepaald jaar betekent dus niet gelijk een risico voor de bevolking als geheel.
  • Bekijk de vaccinatiegraad altijd over meerdere jaren zodat je een idee hebt van de trend en normale schommelingen. De vaccinatiegraad wordt jaarlijks vanaf verslagjaar 2006 herberekend naar de meest recente gemeenteindeling voor een goede vergelijking over de jaren heen, zie: Vaccinaties | Regionaal.
  • Vraag jezelf af of er sprake is van clustering van ongevaccineerden in jouw regio (denk aan bepaalde groepen, wijken of scholen). Daar waar ongevaccineerden clusteren, is de kans op verspreiding van infectieziekten het grootst.
  • Vraag jezelf af of er organisatorische veranderingen of bijzondere gebeurtenissen zijn geweest in jouw regio, die mogelijk van invloed kunnen zijn op een verandering in de vaccinatiegraad. Drie voorbeelden:
  1. De GGD Hart voor Brabant had in verslagjaar 2019 op 10-jarige leeftijd een relatief lage BMR-vaccinatiegraad (82,4%). Op 11-jarige leeftijd was deze echter hoger (95,6%). Door de overgang van groeps- naar individuele vaccinatie bleek de vaccinatie meer in de tijd te worden gespreid dan voorheen. Er was dus geen sprake van een daadwerkelijke daling in de vaccinatiegraad maar van een verandering in de timing van vaccinatie.
  2. De GGD Zuid Limburg had in verslagjaar 2017 op 14-jarige leeftijd een HPV-vaccinatiegraad die 24% lager lag dan in het voorgaande jaar. Dit bleek te worden veroorzaakt door het afgelasten van zittingen vanwege mediaberichten over mogelijk verontreinigde naalden. Hierdoor werd de volledige HPV-serie door een deel van de meisjes pas na de 14e verjaardag afgerond en daardoor niet meer meegenomen in de reguliere vaccinatiegraadberekening. Ook hier was dus geen sprake van een daadwerkelijke daling in de vaccinatiegraad maar van een verandering in de timing van vaccinatie.
  3. De gemeente Noordenveld had in verslagjaar 2017 een BMR-vaccinatiegraad van 75% ten opzichte van 94% in het jaar daarvoor. Nadere analyse wees uit dat de vaccinatiegraad alleen laag was in het postcodegebied waarin een COA-opvanglocatie was gevestigd. De GGD Drenthe gaf aan dat op deze locatie mensen werden gevestigd die zich net in Nederland aangemeld hebben en dat hier alleen indien wenselijk JGZ door de GGD wordt geleverd omdat het verblijf vaak maar voor enkele dagen is. Wel wordt deze groep direct ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP) omdat het voornamelijk om gezinsherenigers gaat. In Præventis zijn echter geen vaccinatiegegevens bekend omdat er (nog) geen vaccinatie-intake is uitgevoerd, deze kinderen staan daardoor meestal onterecht te boek als ongevaccineerd. Indien de kinderen die in het buitenland zijn geboren buiten beschouwing werden gelaten, bleek de vaccinatiegraad in de gemeente Noordenveld vergelijkbaar met afgelopen jaren.

  • E.A. van Lier (RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))