Uitgaven aan de gezondheidszorg als percentage van het bbp
Indicatorwaarde
Percentage van het bbp
14,6
Verslagjaar: 2021
Trend
3-jarige trend
2019 | 2021 |
Stijgende trend; ongunstig; niet getoetst (er is geen statistische toets uitgevoerd om te bepalen of sprake is van een statistisch significant verschil )
Interpretatie indicator
Vanwege de stijgende zorguitgaven is het vanuit het oogpunt van betaalbaarheid gewenst om het aandeel van de zorguitgaven in het bruto binnenlands product (bbp) te beperken. Een lager percentage is vanuit dat perspectief beter.
Er zijn meerdere definities van zorguitgaven. Voor de Nederlandse trend wordt de brede definitie van het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) gebruikt, voor de internationale vergelijking wordt de internationale definitie gehanteerd. Het grootste verschil tussen deze definities is dat de brede CBS definitie ook uitgaven uit welzijn, jeugdzorg en kinderopvang meeneemt. Zie ook de prestatie-indicator "zorguitgaven volgens drie benaderingen".
De uitsplitsing naar zorgfunctie geeft weer welk percentage van het bbp wordt besteed per zorgfunctie. Onder de categorie overig vallen onder andere ondersteunende diensten (radiologie, ambulancevervoer), welzijn (inclusief jeugdzorg en kinderopvang) en bestuur en financiële administratie.
Trend
Sla de grafiek Trend uitgaven aan de gezondheidszorg als percentage van het bbp over en ga naar de datatabelBron: CBS
2021: Voorlopig cijfer
2019 - 2020: Nader voorlopig cijfer
Verantwoordingstabel uitgaven aan de gezondheidszorg als percentage van het bbp
Toelichting |
|
---|---|
Volledige naam indicator |
Uitgaven aan de gezondheidszorg als percentage van het bbp |
Bronnen |
|
Berekening |
Teller: totale zorguitgaven. |
Interpretatie |
Vanwege de stijgende zorguitgaven is het vanuit het oogpunt van betaalbaarheid gewenst om het aandeel van de zorguitgaven in het bruto binnenlands product (bbp) te beperken. Een lager percentage is vanuit dat perspectief beter. Er zijn meerdere definities van zorguitgaven. Voor de Nederlandse trend wordt de brede definitie van het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) gebruikt, voor de internationale vergelijking wordt de internationale definitie gehanteerd. Het grootste verschil tussen deze definities is dat de brede CBS definitie ook uitgaven uit welzijn, jeugdzorg en kinderopvang meeneemt. Zie ook de prestatie-indicator "zorguitgaven volgens drie benaderingen". De uitsplitsing naar zorgfunctie geeft weer welk percentage van het bbp wordt besteed per zorgfunctie. Onder de categorie overig vallen onder andere ondersteunende diensten (radiologie, ambulancevervoer), welzijn (inclusief jeugdzorg en kinderopvang) en bestuur en financiële administratie. |
COVID-19 |
De coronacrisis is van grote invloed geweest op de zorguitgaven. Naast reguliere zorg zijn er grote uitgaven gedaan aan zorg voor covidpatiënten en zijn er extra kosten gemaakt vanwege COVID-19. Door het uitstellen/vervallen van reguliere zorg zijn extra kosten gemaakt omdat zorgaanbieders compensatie konden krijgen voor de weggevallen omzet. Daarnaast vallen ook de kosten van de uitgekeerde zorgbonus en de opsporing van corona, zoals opzetten van teststraten, laboratoriumonderzoek en bron- en contactonderzoek, onder deze uitgaven (CBS, 2021). |
Jaar |
2021 (nationaal); 2020 (internationaal) |
Literatuur | OECD, Eurostat, WHO, 2017 |
- S. Brukx (RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))
- R. Gijsen (RIVM)