Vaccinatiepercentage in meeste gemeenten boven 60%
De deelname aan de maternale kinkhoestvaccinatie voor vrouwen met een kind dat in 2021 is geboren, wordt geschat op 66% (van Lier et al. 2022van Lier, E.A., Oomen, P. J., Giesbers, H., Hament, J-M, van Vliet, J.A., Drijfhout, I.H., Hirschberg, H., de Melker, H.E., Vaccinatiegraad en jaarverslag Rijksvaccinatieprogramma Nederland 2021, Bilthoven (2022)). Dit is iets lager dan vorig verslagjaar toen een deelname van 70% werd gerapporteerd. In drie GGD (Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst )-regio’s spelen er echter administratieve issues, waardoor nog niet alle maternale kinkhoestvaccinaties in Præventis zijn geregistreerd. Dit betreft de GGD-regio’s Amsterdam, Rotterdam-Rijnmond en Limburg-Noord. Als we de gegevens van deze drie organisaties buiten beschouwing laten, is de deelname 72%. Dit is iets hoger dan vorig verslagjaar (71%), als we daarin ook de gegevens van deze organisaties buiten beschouwing laten. Deze verschillen zijn echter moeilijker te beoordelen omdat het om schattingen gaat. Er zijn namelijk geen actuele cijfers toegankelijk over hoeveel vrouwen zwanger zijn en in aanmerking komen voor de vaccinatie. Dit aantal wordt geschat op basis van het aantal geboren kinderen.
Meer informatie
Geen duidelijk regionaal patroon griepvaccinaties
Er zijn regionale verschillen in het percentage 60-plussers dat een griepprik van de huisarts heeft gekregen, maar er is geen duidelijk ruimtelijk patroon zichtbaar. In 2021-2022 heeft 67,5% van alle 60-plussers in Nederland een griepvaccinatie gehaald.
Over- of onderrapportage
Met deze percentages moet voorzichtig worden omgegaan. Omdat de griepvaccinatie via huisartsen en zorgorganisaties wordt geregistreerd en zij ook patiënten uit andere gemeenten kunnen hebben, kan het tot over- of onderrapportage leiden. Het opkomstpercentage is berekend door het aantal uitgevoerde griepvaccinaties te delen door het aantal 60-plussers in een gemeente.
Meer informatie
- RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) website Griepprik
Geen duidelijk regionaal patroon pneumokokkenvaccinatie
Er zijn regionale verschillen in het percentage 69- tot en met 73-jarigen dat een peunomokokkenvaccinatie van de huisarts heeft gekregen, maar er is geen duidelijk ruimtelijk patroon zichtbaar. In 2021-2022 heeft 77% van alle 69- tot en met 73-jarigen in Nederland een vaccinatie gehaald. Dit percentage wijkt af van het gemiddelde dat wordt berekend in de jaarlijkse monitor van het Nivel. Het percentage in deze monitor is gebaseerd op een selectie van huisartsenpraktijken.
Over- of onderrapportage
Met deze percentages moet voorzichtig worden omgegaan. Omdat de pneunomokokkenvaccinatie via huisartsen en zorgorganisaties wordt geregistreerd en zij ook patiënten uit andere gemeenten kunnen hebben, kan het tot over- of onderrapportage leiden. Het opkomstpercentage is berekend door het aantal vaccinaties te delen door het aantal 69- tot en met 73-jarigen in een gemeente.
Jaarlijkse pneumokokkenvaccinatie
Mensen van 60 jaar en ouder worden sneller en ernstiger ziek van pneumokokken. Daarom adviseerde de Gezondheidsraad in 2018 mensen van 60 tot 80 te beschermen tegen pneumokokken. Er zijn alleen niet genoeg vaccins om alle mensen van 60 tot en met 79 jaar in één keer uit te nodigen. Dit gebeurt daarom in meerdere jaren. In 2020 is gestart met de oudste groep: mensen vanaf 73 tot en met 79 jaar. Elk jaar wordt een ander geboortecohort uitgenodigd, op zo’n manier dat alle zestigplussers iedere vijf jaar een uitnodiging krijgen. In 2021 zijn de mensen uitgenodigd die geboren zijn tussen 1948 en 1952.
Meer informatie
- Pneumokokken op rivm.nl
- Monitor Vaccinatiegraad Nationaal Programma Pneumokokkenvaccinatie Volwassenen
- E.A. van Lier (RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))
- H. Giesbers, red. (RIVM)