Definitie van angststoornissen
Wanneer heftige angstklachten optreden zonder een reële bedreiging is er mogelijk sprake van een angststoornis. Een angststoornis onderscheidt zich van normale gevoelens van angst of vrees als de angst geen reële grond heeft en iemand er sociale problemen door ondervindt. De symptomen zijn in beide gevallen hetzelfde: hartkloppingen, een droge mond, een beklemd gevoel, nerveuze spanning, prikkelbaarheid, rusteloosheid, verhoogde spierspanning of slaap- en concentratieproblemen.
Onderverdeling angststoornissen meestal volgens DSM-IV
De onderverdeling van angststoornissen wordt meestal weergegeven volgens de DSM (Diagnostic and statistical manual of mental disorders. Classificatie voor psychische stoornissen. De DSM is ontwikkeld onder verantwoordelijkheid van de American Psychiatric Association.)-IV. Deze indeling loopt in grote lijnen parallel aan de indeling in de ICD-10 (International Classification of Diseases, tenth revision). In de ICD-10 vormen angststoornissen echter niet een apart hoofdstuk, maar maken deel uit van het hoofdstuk 'neurotische, stressgerelateerde en somatoforme stoornissen (Ziektebeelden waarbij lichamelijke klachten in verband staan met psychische symptomen.)'.
Tabel: Onderverdeling angstoornissen volgens DSM-IV
Type angststoornis |
DSM-IV code |
---|---|
Paniekstoornis zonder agorafobie |
300.01 |
Gegeneraliseerde angststoornis (met inbegrip van overmatige angststoornis in de kinderleeftijd) |
300.02 |
Paniekstoornis met agorafobie |
300.21 |
Agorafobie zonder paniekstoornis in de voorgeschiedenis |
300.22 |
Sociale fobie |
300.23 |
Specifieke fobie |
300.29 |
Obsessieve-compulsieve stoornis |
300.3 |
Posttraumatische stressstoornis |
309.81 |
Acute stressstoornis |
308.3 |
Angststoornis niet anderzins omschreven |
300.00 |