Internationale vergelijking cannabisgebruik bij volwassenen

Sla de grafiek Cannabisgebruik volwassenen internationaal over en ga naar de datatabel

Bron: EMCDDA, Statistical Bulletin 2022

  • Ooit-gebruik: gebruik ooit in het leven
  • Recent gebruik: gebruik in het afgelopen jaar
  • Peiljaar staat tussen haakjes achter het land
  • Figuur presenteert EU Europese unie (Europese unie)-landen, Noorwegen en het Verenigd Koninkrijk

Ooit-gebruik van cannabis in Nederland hoog

Vergeleken met andere landen in de Europese Unie (EU Europese unie (Europese unie)) is het percentage 15-64-jarigen dat ooit cannabis heeft gebruikt hoog in Nederland, 27,8%. In de Europese Unie melden bijna 48 miljoen mannen en ongeveer 31 miljoen vrouwen ooit cannabis te hebben gebruikt. De niveaus van ooit-gebruik van cannabis verschillen echter aanzienlijk tussen landen, variërend van 4,3 % van alle volwassenen in Malta tot 44,8 % in Frankrijk. 

Recent cannabisgebruik hoog in Nederland

Het percentage recente gebruikers (in het jaar voorafgaand aan de peiling) is in Nederland ook hoog. Voor zowel ooit-gebruik als recent gebruik geldt voor alle landen dat het percentage mannen dat cannabis gebruikt hoger is dan het percentage vrouwen (niet weergegeven in de grafiek).

Vergelijkbaarheid cijfers is lastig

Verschillen in peiljaar, meetmethoden en steekproeven bemoeilijken een precieze vergelijking tussen landen. 


Internationale vergelijking gebruik harddrugs bij volwassenen

Sla de grafiek Percentage harddrugsgebruikers over en ga naar de datatabel

Bron: EMCDDA, Statistical Bulletin 2022

  • Ooit-gebruik: gebruik ooit in het leven
  • Recent gebruik: gebruik in het afgelopen jaar
  • Peiljaar staat tussen haakjes achter het land 
  • Figuur presenteert EU Europese unie (Europese unie)-landen, Noorwegen en het Verenigd Koninkrijk
  • Malta en Griekenland hebben geen recente cijfers
  • De landen staan in volgorde van totaal recent gebruik van de verschillende soorten harddrugs

Cocaïnegebruik in Nederland hoger dan gemiddeld in de EU

Het cocaïnegebruik (zowel ooit in het leven als in het afgelopen jaar) in Nederland (personen van 15-64 jaar) ligt iets hoger dan het geschatte gemiddelde van de Europese Unie (EU Europese unie (Europese unie)). Naar schatting hebben 14,4 volwassenen (15-64 jaar) in de EU ooit wel eens in hun leven met cocaïne geëxperimenteerd (EMCDDA, 2022). Dit komt overeen met 5 % van deze leeftijdsgroep. Het cocaïnegebruik (zowel ooit als in het afgelopen jaar) is geconcentreerd in enkele landen, vooral Spanje, het Verenigd Koninkrijk en Ierland en is relatief laag in de rest van de EU. 

Gebruik van ecstasy en amfetamine in Nederland hoog

Het gebruik van ecstasy is in Nederland hoog vergeleken met andere EU-landen. Nederland behoort samen met het Verenigd Koninkrijk, Ierland en Tsjechië tot de koplopers. Dit geldt zowel voor ooit-gebruik als gebruik in het afgelopen jaar. In het Verenigd Koninkrijk en Denemarken hebben relatief veel mensen ooit amfetamine gebruikt, rond de 8%. Het aantal recente amfetaminegebruikers is in Nederland relatief hoog, net als in Oostenrijk, Kroatië en Finland. Naar schatting hebben 8,9 miljoen Europese volwassenen (15-64 jaar) in hun leven ooit wel eens met amfetaminen geëxperimenteerd. Dit komt overeen met 3,1% van deze leeftijdsgroep (EMCDDA, 2022).

Vergelijking cijfers is lastig

Verschillen in peiljaar, meetmethoden en steekproeven bemoeilijken een precieze vergelijking tussen landen.


Relatief hoog cannabisgebruik onder Nederlandse scholieren

Van de Nederlandse scholieren van 15 en 16 jaar heeft 12,6% in de afgelopen dertig dagen cannabis gebruikt (actueel gebruik). Het gaat om 13,2% van de jongens en 11,9% van de meisjes van die leeftijd. Daarmee staat Nederland op de derde plaats na Italië en Frankrijk (ESPAD-studie, 2020). Bovendien heeft bijna een kwart (22,4%) van de Nederlandse scholieren van 15 en 16 jaar ooit cannabis gebruikt. Ook dit is hoog vergeleken met andere EU Europese unie (Europese unie)-landen (ESPAD-Group 2020ESPAD-Group, ESPAD Report 2019 — Results from the European School Survey Project on Alcohol and Other Drugs, Luxembourg (2020)). 


Internationale vergelijking gebruik harddrugs jongeren

Sla de grafiek Gebruik harddrugs door jongeren ooit in het leven 2019 over en ga naar de datatabel

Bronnen: European School Survey on Alcohol and other Drugs (ESPAD)ESPAD-Group 2020ESPAD-Group, ESPAD Report 2019 — Results from the European School Survey Project on Alcohol and Other Drugs, Luxembourg (2020)

  • Voor landen met een sterretje (*) worden de cijfers gepresenteerd exclusief crack
  • Onder harddrugs wordt hier verstaan: amfetamine, cocaïne, crack, ecstasy, lsd of andere hallucinogenen, heroïne of GHB Gammahydroxybutyraat. GHB is middel met een verdovende werking. Het werd vroeger gebruikt als narcosemiddel bij operaties, maar nu als partydrug. (Gammahydroxybutyraat. GHB is middel met een verdovende werking. Het werd vroeger gebruikt als narcosemiddel bij operaties, maar nu als partydrug.)
  • In de grafiek staan de EU Europese unie (Europese unie)-landen die deelnemen aan de ESPAD-studie plus Noorwegen

Gebruik harddrugs onder Nederlandse scholieren gemiddeld

Van de Nederlandse scholieren van 15 en 16 jaar zegt 4,7% ervaring te hebben met drugs zoals amfetamine, cocaïne, crack, ecstasy, lsd (of andere hallucinogenen), heroïne of GHB Gammahydroxybutyraat. GHB is middel met een verdovende werking. Het werd vroeger gebruikt als narcosemiddel bij operaties, maar nu als partydrug. (Gammahydroxybutyraat. GHB is middel met een verdovende werking. Het werd vroeger gebruikt als narcosemiddel bij operaties, maar nu als partydrug.). Dit komt overeen met het gemiddelde van de Europese landen die deelnemen aan de ESPAD-studie. Jongeren in Estland en Letland scoren van de EU Europese unie (Europese unie)-landen die deelnemen het hoogst (meer dan 8%). In Finland, Griekenland en Noorwegen hebben scholieren het minst ervaring met deze drugs, rond de 3% (ESPAD-Group 2020ESPAD-Group, ESPAD Report 2019 — Results from the European School Survey Project on Alcohol and Other Drugs, Luxembourg (2020)).


  • E.A. van der Wilk (RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))
  • M. Harbers, red. (RIVM)