Tabel: Bronnen bij de cijfers over Stemmingsstoornissen
Bron | Indicator in VZinfo | Gepresenteerde populatie VZinfo | Meer informatie |
---|---|---|---|
Netherlands Mental Health Survey and Incidence Study-3 (NEMESIS-3) | Prevalentie stemmingsstoornissen | Nederlandse bevolking van 18 tot en met 75 | NEMESIS-3 |
Nivel Zorgregistratie eerste lijn | Jaarprevalentie | Nederlandse bevolking | Nivel Zorgregistratie eerste lijn (NZR) |
Kosten van Ziektenstudie | Kosten van zorg voor stemmingstoornissen | Nederlandse bevolking | Kosten van Ziekten database |
Huisartsenregistratie van stemmingsstoornissen
Voor bepaling van de prevalentie (Het aantal gevallen of personen met een bepaalde ziekte op een bepaald moment (punt-prevalentie), ooit in het leven (lifetime prevalentie) of in een bepaalde periode, bijvoorbeeld per jaar (periode-prevalentie), absoluut of relatief.) en het aantal nieuwe gevallen van stemmingsstoornissen (huidige situatie en trends) zijn gegevens gebruikt van de NIVEL (Nederlands Instituut voor Onderzoek van de Gezondheidszorg) Zorgregistraties eerste lijn. De in de huisartsenregistraties gebruikte ICPC (International Classification of Primary Care)-codes zijn P73 en P76. P73 staat voor 'affectieve psychose' en omvat de bipolaire-stemmingsstoornissen: manische episode, bipolaire affectieve stoornis en cyclothymie. P76 staat voor 'depressie' en omvat de volgende depressieve-stemmingsstoornissen: depressieve episode, recidiverende depressieve stoornis, dysthymie, overige gespecificeerde persisterende stemmingsstoornissen, persisterende stemmingsstoornis, andere stemmingsstoornissen, niet gespecificeerde stemmingsstoornis, gemengde angststoornis en depressieve stoornis en lichte psychische stoornissen en gedragsstoornissen in samenhang met puerperium, niet elders geclassificeerd.
Psychische stoornissen in bevolkingsonderzoek NEMESIS-3
Gegevens over het vóórkomen van psychische stoornissen op bevolkingsniveau komen uit het NEMESIS-onderzoek (ten Have et al. 2023 (ten Have, M., Dorsselaer, S., Schouten, f., de Graaf, R., Netherlands Mental Health Survey and Incidence Study-3 (NEMESIS-3): Objectives, methods and baseline characteristics of the sample. (2023)) ; NEMESIS-3). Sinds 1996 zijn er drie NEMESIS-studies uitgevoerd onder de volwassen bevolking in Nederland. De cijfers op VZinfo komen uit de derde meting, NEMESIS-3. NEMESIS-3 is gebaseerd op een landelijke steekproef van 6.194 personen van 18 tot en met 75 jaar. De gewogen respons bedroeg 54,6%. De deelnemers aan NEMESIS-3 zijn redelijk representatief voor de Nederlandse bevolking, maar er waren op een aantal kenmerken kleine afwijkingen. Met behulp van weging is hiervoor gecorrigeerd. Bij de deelnemers is tussen 2019 en 2022 een klinisch interview afgenomen met behulp van de CIDI (Composite international diagnostic interview) 3.0 (ten Have et al. 2023 (ten Have, M., Dorsselaer, S., Schouten, f., de Graaf, R., Netherlands Mental Health Survey and Incidence Study-3 (NEMESIS-3): Objectives, methods and baseline characteristics of the sample. (2023)) ).
De CIDI 3.0 is een diagnostisch instrument dat wordt toegepast in de vorm van een gestructureerd interview. Er wordt gevraagd naar symptomen van psychische stoornissen en de last die mensen daarvan ondervinden. Klinische validatiestudies (Haro et al. 2006 (Haro, J, Arbabzadeh-Bouchez, Brugha, TS., de Girolamo, G, Guyer, Jin, Lepine, J, Mazzi, Reneses, Vilagut, G, Sampson, N, Kessler, R. C., Concordance of the Composite International Diagnostic Interview Version 3.0 (2006)) ) hebben aangetoond dat de CIDI 3.0 lifetime-prevalenties van DSM (Diagnostic and statistical manual of mental disorders. Classificatie voor psychische stoornissen. De DSM is ontwikkeld onder verantwoordelijkheid van de American Psychiatric Association.)-IV stemmings-, angst- en middelgerelateerde en verslavingsstoornissen over het algemeen met een goede validiteit vaststelt in vergelijking met een semigestructureerd klinisch interview met de SCID (Structured Clinical Interview for DSM (Diagnostic and statistical manual of mental disorders) disorders). Voor NEMESIS-3 werd een aangepaste versie van de CIDI 3.0 gebruikt. Een aantal vragen werd verwijderd, doorverwijzingen werden aangepast en er werden vragen toegevoegd zodat zowel DSM-IV- als DSM-5-stoornissen bepaald kunnen worden. De validiteit en betrouwbaarheid van deze aangepaste versie van CIDI 3.0 werd niet onderzocht. De CIDI werd in NEMESIS-3 afgenomen door interviewers die in een driedaagse cursus getraind werden in het afnemen van de CIDI (ten Have et al. 2023 (ten Have, M., Dorsselaer, S., Schouten, f., de Graaf, R., Netherlands Mental Health Survey and Incidence Study-3 (NEMESIS-3): Objectives, methods and baseline characteristics of the sample. (2023)) ). Er zijn geen diagnosen gesteld door een psychiater of psycholoog. De gemeten stoornissen voldoen aan de vereiste DSM-5-criteria, bijvoorbeeld wat betreft het aantal symptomen en ervaren beperkingen in het functioneren. Binnen de gemeten stoornissen bestaat er echter een variatie in ernst; de aanwezigheid van een stoornis wil niet zeggen dat er altijd (gespecialiseerde) zorg nodig is. De prevalentiecijfers uit NEMESIS geven een goed beeld van het aantal mensen in Nederland dat bepaalde psychische stoornissen heeft. Bovendien kunnen op basis van NEMESIS betrouwbare trends in de tijd vastgesteld worden omdat NEMESIS-2 en -3 op vrijwel dezelfde wijze zijn uitgevoerd.
Ongeveer driekwart van de respondenten werd geïnterviewd nadat de coronapandemie in Nederland uitbrak. Een klein deel (8%) van de interviews is hierdoor afgenomen in de vorm van een video-interview. Er bleek geen verschil te zijn in de prevalentie (Het aantal gevallen of personen met een bepaalde ziekte op een bepaald moment (punt-prevalentie), ooit in het leven (lifetime prevalentie) of in een bepaalde periode, bijvoorbeeld per jaar (periode-prevalentie), absoluut of relatief.) van psychische stoornissen onder de deelnemers vóór en na de uitbraak van de coronapandemie, afgezien van alcoholstoornis (ten Have et al. 2023 (ten Have, M., Dorsselaer, S., Schouten, f., de Graaf, R., Netherlands Mental Health Survey and Incidence Study-3 (NEMESIS-3): Objectives, methods and baseline characteristics of the sample. (2023)) ).
European Health Interview Survey (EHIS)
Het European Health Interview Survey (EHIS (European Health Interview Survey (Europese gezondheidsenquête))) heeft als doel om op een geharmoniseerde manier en met een hoge mate van vergelijkbaarheid tussen EU (Europese unie)-lidstaten de gezondheidsstatus en gezondheidsdeterminanten (inclusief milieu) te meten. Ook wordt het gebruik en toegang tot gezondheidszorg van de EU-burgers gemeten. De dekking van de enquête is de bevolking van 15 jaar of ouder die deel uitmaakt van particuliere huishoudens en woont op het grondgebied van het betreffende land.
EHIS is ontwikkeld tussen 2003 en 2006. Het bestaat uit vier modules over gezondheidsstatus, gezondheidsdeterminanten, gezondheidszorg en achtergrondvariabelen. De eerste wave van EHIS (EHIS-ronde 2008) werd tussen 2006 en 2009 in 17 EU-lidstaten, en in Zwitserland en Turkije uitgevoerd. De tweede wave (EHIS ronde 2014) is tussen 2013 en 2015 uitgevoerd in alle EU-lidstaten, IJsland en Noorwegen. De derde wave (ronde 2019) vond plaats tussen 2018 en 2020 in alle EU-landen plus Albanië, IJsland, Noorwegen, Servië, Turkije en het Verenigd Koninkrijk.
EHIS omvat de volgende onderwerpen:
- Gezondheidsstatus
Dit onderwerp bevat verschillende dimensies van gezondheidsstatus en beperkingen voor gezondheidsgerelateerde activiteiten - Gezondheidszorg
Dit onderwerp behandelt het gebruik van verschillende soorten geneesmiddelen en formele en informele gezondheids- en sociale zorgdiensten, die worden aangevuld met gegevens over gezondheidsgerelateerde uitgaven en beperkingen in toegang tot en voldoening aan gezondheidszorgdiensten - Gezondheidsdeterminanten
Dit onderwerp bevat diverse individuele en milieu-gezondheidsdeterminanten. - Achtergrondvariabelen op demografie en sociaal-economische status
Alle indicatoren worden uitgedrukt in percentages van de bevolking en de statistieken worden verdeeld over leeftijd en geslacht en een andere dimensie, zoals het opleidingsniveau, de inkomstenkwintielgroep of de arbeidsstatus.