Over 2diabeat

Het programma 2diabeat is onderdeel van het Nationaal Preventieakkoord en ontvangt financiering van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport)). Het heeft als doel een trendbreuk te realiseren in de toename van het aantal mensen met diabetes type 2 door in te zetten op het voorkomen én omkeren van de aandoening. Diabetes type 2 kan alleen worden voorkomen en omgekeerd door een gezonde leefstijl aan te meten. De leefomgeving van het individu speelt hier een essentiële rol bij. 

Naar een preventie infrastructuur in geheel Nederland

De 2diabeat aanpak is een wijkgerichte aanpak waarin we een lokale preventie-infrastructuur creëren door te verbinden en versterken wat er al is in een wijk (of dorp) op het gebied van gezondheid. Zo ontstaat een gezonde beweging waarin iedereen passend leefstijlaanbod weet te vinden. Sinds 2021 zijn er al tientallen wijken ondersteund vanuit 2diabeat. Op de kaart zijn alle wijken weergegeven waar 2diabeat op dit moment actief is. Hierbij maken we onderscheid tussen wijken in de verkenningsfase en uitvoeringsfase. Er zijn ook verschillende wijken die na de verkenning niet tot uitvoering zijn gekomen. Zij zijn niet weergegeven op deze kaart. Redenen om na de verkenning te stoppen of te pauzeren, zijn vaak het uitblijven van lokale financiering of het ontbreken van een lokale aanjager. Lees meer over de aanpak en ervaringen tot nu toe in de publicatie Met lokale leiders obstakels voorbij’.

Borging vanaf 2027

2diabeat wil bijdragen aan de realisatie van een duurzaam financieringsmodel voor het inrichten en onderhouden van preventie-infrastructuren. Ze zoeken daarbij de samenwerking met andere landelijke preventieprogramma’s, Partnership Overgewicht Nederland (PON)JOGG, Kind naar Gezonder Gewicht. Na 7 jaar, in 2027, wil 2diabeat haar rol als gangmaker van de lokale wijkaanpak overdragen aan andere partijen, zodat de preventie-infrastructuur geborgd wordt als onderdeel van het landelijke systeem. Meer informatie is te vinden op  2diabeat.


2023

2022

2021

2020

2019

2018

2017

2016

Tussenstand deelname Nationale Diabetes Challenge 2023

In de kaart staat per gemeente het aantal locaties (189 locaties) dat deelneemt aan de Nationale Diabetes Challenge (NDC). De wandelgroepen zijn eind april/ begin mei gestart. Deelnemers wandelen ongeveer 20 weken lang één keer per week in eigen buurt. 

Mensen met diabetes wandelen met zorgverleners

Met ondersteuning van de Bas van de Goor Foundation organiseren lokale zorgverleners (zoals huisartsen, praktijkondersteuners, fysiotherapeuten, diëtisten, diabetes- en wijkverpleegkundigen) wekelijks een wandeling voor mensen met diabetes. Dit gebeurt in samenwerking met sportprofessionals en professionals uit het sociale domein. Zo helpen ze hen op weg naar een gezonde leefstijl. In kleine stappen trainen de deelnemers, samen mét hun zorgverlener, 16 tot 20 weken voor de Nationale Diabetes Challenge Week. De doelstelling is om in die week vier dagen achtereen te wandelen. Drie dagen in de eigen omgeving en de laatste dag op het Challenge Diabetes Festival waar alle deelnemers uit het hele land de laatste kilometers afleggen en finishen.

Aantal deelnemers 2015-2022

In 2015 begon de NDC bescheiden, maar in 20162017 en 2018 nam het aantal deelnemers een flinke vlucht. Van 125 deelnemende locaties in 2016,162 in 2017, 201 in 2018 tot 216 locaties in 2019. In 2019 wandelden op het Slotfestival bijna 4.700 mensen de afsluitende kilometers. Het aantal locaties in 2020 was door Corona een stuk minder. In totaal namen 87 locaties deel aan de zogenaamde NDC-light, een variant die ontwikkeld is, waarbij rekening is gehouden met de Corona-richtlijnen. In 2021 is het aantal weer toegenomen, in totaal hebben in 2021 152 locaties deelgenomen. Het aantal locaties in 2022 is verder toegenomen tot 183.

Vergelijk met andere kaart

  • C. Deuning (RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))
  • H. Giesbers (RIVM)