Coronaire hartziekten door atherosclerose
Coronaire hartziekten, waaronder angina pectoris, acuut myocardinfarct (hartinfarct) en andere chronische ischemische hartziekten, ontstaan door atherosclerose (slagaderverkalking). Bij atherosclerose vormen zich verdikkingen (zogenaamde plaques) in de wand van de kransslagaderen. Deze kunnen leiden tot een proces waardoor het bloedvat gedeeltelijk of volledig afgesloten raakt. Hierdoor ontstaat zuurstoftekort in het hart achter de afsluiting. Dat is een hartinfarct.
Meer informatie
- NHG (Nederlands huisartsengenootschap), NIV, NVvC. Multidisciplinaire Richtlijn Cardiovasculair risicomanagement (CVRM) Derde herziening (2018). Nederlands Huisartsen Genootschap, de Nederlandse Internisten Vereniging en de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie
Risico op hart- en vaatziekten beïnvloed door leeftijd en geslacht
Hart- en vaatziekten, waaronder coronaire hartziekten, komen vaker voor bij mannen dan bij vrouwen en vaker bij ouderen dan bij jongeren. Bij vrouwen ontstaan hart- en vaatziekten vaak op hogere leeftijd dan bij mannen.
Leefstijlfactoren spelen belangrijke rol
Leefstijlfactoren, zoals ongezonde voeding, roken en weinig bewegen, vergroten het risico op hart- en vaatziekten. Soms rechtstreeks, maar vaak door het versterken van andere risicofactoren, zoals een te hoog cholesterolgehalte in het bloed, een hoge bloeddruk, overgewicht (Er is sprake van overgewicht bij een Body Mass Index (BMI) ≥ 25 kg/m2) (Body Mass index (BMI (Body Mass Index. De BMI is een index die de verhouding tussen lengte en gewicht bij een persoon weergeeft. De BMI wordt veel gebruikt om een indicatie te krijgen of er sprake is van overgewicht of ondergewicht.)) ≥ 25 kg/m2) of aandoeningen als COPD (Chronic obstructive pulmonary disease (Chronische obstructieve longziekten)) en diabetes mellitus. Hoe meer risicofactoren en hoe sterker die aanwezig zijn, hoe groter het risico op hart- en vaatziekten.
Tabel: Risicofactoren voor coronaire hartziekten
Persoonsgebonden factoren | Risico op HVZ is hoger bij |
---|---|
Leeftijd | Toenemende leeftijd |
Geslacht |
|
Familieanamnese |
|
Cholesterol |
|
Bloeddruk | Hoge (systolische) bloeddruk |
Lichaamsgewicht |
|
Leefstijlfactoren | Risico op HVZ is hoger bij |
het eten van weinig groente en fruit, volkoren graanproducten en peulvruchten, en een hoge consumptie van rood en bewerkt vlees, suikerhoudende frisdranken, zout (natrium), verzadigde vetzuren en transvetzuren |
|
|
|
Lichamelijke activiteit |
|
alcoholconsumptie > 1 glas per dag | |
Drugs |
Met name het gebruik van cocaïne dat de bloeddruk kan verhogen. |
Psychosociale factoren |
Lagere sociaal-economische status, sociale isolatie, gebrek aan sociale steun, chronische stress, depressie en angst. Deze factoren hebben een negatieve invloed op de leefstijl van patiënten, hun cardiovasculaire risico en de prognose bij HVZ. |
Aandoeningen | Risico op HVZ is hoger bij |
Langdurig bestaande diabetes (geldt zowel voor type 1 als 2) verhoogt risico op HVZ, vooral bij slecht ingestelde bloedsuikerwaarden. | |
Atriumfibrilleren (Ongecoördineerd samentrekken van de afzonderlijke spiervezels van de boezem (voorkamer) van het hart doordat de elektrische activatie onregelmatig is.) |
Verhoogt het risico op hartfalen en cardiale embolie met beroerte tot gevolg. |
Verhoogt het risico op HVZ, onafhankelijk van de gezamenlijke risicofactoren zoals roken. | |
Chronische nierschade |
Risico op HVZ neemt toe bij een verminderde filtratie door de nieren. |
Patiënten die zijn behandeld voor kanker (zowel chemo- als radiotherapie) |
Sommige vormen van chemotherapie hebben ongunstige effecten op de bloedvaten, kunnen atherosclerose versnellen, hypertensie (hoge bloeddruk) veroorzaken en hartfunctie verslechteren. |
Auto-immuunziekten | Ernstige en systemische ontstekingen kunnen de bloedvaten beschadigen en leiden tot HVZ. Ook kunnen ze de invloed van bestaande risicofactoren op HVZ versterken. Een voorbeeld is reumatoïde artritis. |
Inflammatory bowel disease (IBD (Inflammatory Bowel Disease)): ziekte van Crohn en colitis ulcerosa | Verhoogt het risico op HVZ. |
Obstructief slaapapneu | Verhoogt ziekte en sterfte door HVZ. |
Jicht | Verhoogt mogelijk het risico op HVZ. |
Hiv | Chronische systemische ontstekingen bij patiënten met een hiv (Human immunodeficiency virus (Humane Immunodeficiëntievirus))-infectie verhogen het risico op HVZ, onafhankelijk van klassieke risicofactoren. |
Alleen bij vrouwen:
|
|
Meer informatie
- Multidisciplinaire Richtlijn Cardiovasculair risicomanagement (CVRM). Derde herziening (2018). Nederlands Huisartsen Genootschap, de Nederlandse Internisten Vereniging en de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie
- Gezondheidsraad. Richtlijnen goede voeding 2015. Den Haag: Gezondheidsraad, 2015
- Richtlijnen Schijf van vijf 2019, Stichting Voedingscentrum, Den Haag
- GezondheidsRaad, Advies Beweegrichtlijnen 2017. Den Haag: Gezondheidsraad, 2017
- Website: Hartstichting
- Multidisciplinaire richtlijn Hartfalen (2010). Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG), de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie (NVVC) en de Nederlandsche Internisten Vereeniging
- Nederlands Huisartsen Genootschap, NHG-Standaard Beroerte, 2018
- Website: Thuisarts.nl, Nederlands Huisartsen Genootschap
Erfelijke factoren kunnen rol spelen bij ontstaan van coronaire hartziekten
Soms spelen erfelijke factoren een rol bij het ontstaan van coronaire hartziekten. Afwijkingen in het DNA (Desoxyribo nucleic acid (Desoxyribonucleïnezuur). De drager van erfelijke informatie in alle bekende organismen.) (genmutaties) kunnen stoornissen in de aanmaak van eiwitten veroorzaken waardoor lichaamscellen bepaalde functies niet goed kunnen uitvoeren.
Hoeveel genetische factoren bijdragen aan coronaire hartziekten is niet duidelijk. De schattingen lopen sterk uiteen. Genetische factoren kunnen het risico op coronaire hartziekten beïnvloeden via onder andere de vetstofwisseling, bloeddrukregulatie, bloedsuikerregulatie, bloedstolling en ontwikkeling van overgewicht.
Een paar voorbeelden:
- Atherosclerose (Een vernauwing van de slagaders als gevolg van plaquevorming en trombusvorming.) komt in de ene familie meer voor dan in de andere. Dit kan komen door familiaire hypercholesterolemie maar ook door andere genetische afwijkingen. De onderliggende mechanismen zijn nog niet helemaal duidelijk.
- Bij familiaire hypercholesterolemie is er sprake van een afwijking in een gen dat betrokken is bij het cholesterol- en lipidenmetabolisme. Hierdoor is de cholesterolconcentratie (LDL-cholesterol (Low density lipoprotein cholesterol. Lage Dichtheid Lipoproteïne, ook het 'slechte cholesterol' genoemd. LDL vervoert cholesterol naar de cellen en spieren. Onderweg nestelt LDL zich gemakkelijk in de wanden van slagaders waardoor de slagaders kunnen vernauwen en dichtslibben (slagaderverkalking).)) in het bloed sterk verhoogd en is er een grote kans op atherosclerose en daardoor een hartinfarct of beroerte.
- Ook erfelijke afwijkingen in de bloedstolling (trombose) kunnen leiden tot coronaire hartziekten.
Meer informatie
- Onderwerp cholesterol: Familiaire hypercholesterolemie
- Website: Hartstichting
- Hartwijzer: patiënteninformatie van de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie (NVVC)
Vrouwen hebben ander risicoprofiel dan mannen
- Na de overgang wordt het cardiovasculaire risicoprofiel van vrouwen ongunstiger: hogere bloeddruk en/of hoger cholesterolgehalte en/of ontstaan van diabetes mellitus en/of ongunstigere vetverdeling. Hierdoor neemt het risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen toe.
- Obstetrische anamnese (zwangerschapshypertensie of diabetes) en menopauzale status zijn van belang voor juiste risico-inschatting bij vrouwen.
- Bij vrouwen is vaker dan bij mannen sprake van auto-immuunziekten. Deze aandoeningen, waaronder reumatoïde artritis, zijn relatief nieuwe risicofactoren voor hart- en vaatziekten.
Ziektebeeld en beloop is anders vrouwen dan bij mannen
- Vrouwen wachten langer voordat zij een arts raadplegen bij klachten (patient-delay). Ook blijkt dat artsen het lastiger vinden om de klachten op juiste wijze te interpreteren, zodat de behandeling later wordt ingezet (doctors-delay) (Coventry et al. 2011 (Coventry, LL., Finn, J, Bremner, AP., Sex differences in symptom presentation in acute myocardial infarction: a systematic review and meta-analysis. (2011)) ).
- Vrouwen met een hartinfarct hebben meer en vaak andere symptomen waardoor er minder snel aan een hartinfarct wordt gedacht dan bij mannen (Coventry et al. 2011 (Coventry, LL., Finn, J, Bremner, AP., Sex differences in symptom presentation in acute myocardial infarction: a systematic review and meta-analysis. (2011)) ).
- Vrouwen ervaren vaker angineuze klachten (zoals pijn op de borst) terwijl zij minder obstructief coronairlijden (vernauwing van de kransslagaders door slagaderverkalking) hebben (Gulati et al. 2009 (Gulati, M, Cooper-de Hoff, RM., McClure, C, Johnson, D.B., Shaw, LJ., Handberg, EM., Zineh, I, Arnsdorf, MF., Black, HR., Pepine, CJ., Merz, C, Kelsey, S. F., Adverse cardiovascular outcomes in women with nonobstructive coronary artery disease: a report from the Women's Ischemia Syndrome Evaluation Study and the St James Women Take Heart Project. (2009)) ).
- Vrouwen krijgen gemiddeld 7-10 jaar later hart- en vaatziekten dan mannen (Jneid et al. 2008 (Jneid, H., Fonarow, G. C., Cannon, C. P., Hernandez, A. F., Palacios, IF., Maree, AO., Wells, Q, Bozkurt, B, Labresh, KA., Liang, L, Hong, Y, Newby, KL., Fletcher, G, Peterson, E, Wexler, L, Sex differences in medical care and early death after acute myocardial infarction. (2008)) ).
- J.W. Deckers (Erasmus MC)
- P.M. Engelfriet (RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))
- J.M. Geleijnse (WUR (Wageningen University &Research))
- L. Jabaaij (RIVM)
- Y. Appelman (VUmc (VU Medisch Centrum Amsterdam))
- S.J. van Dis (Hartstichting)