Overleving kanker is verbeterd

De overlevingskansen van patiënten met kanker variëren sterk per soort kanker en zijn afhankelijk van het stadium waarin de ziekte is vastgesteld. Over het algemeen is de overleving van kanker in de afgelopen dertig jaar verbeterd. Het percentage mannen dat vijf jaar na diagnose van kanker nog in leven is , is toegenomen van 42% voor de diagnoseperiode 1990-1994 naar 66% voor de diagnoseperiode 2015-2019. Bij vrouwen  is de vijfjaaroverleving in dezelfde periode toegenomen van 56% naar 70%. Het gaat hier om relatieve overleving: de kans op overleving in een hypothetische wereld waarin geen andere doodsoorzaken bestaan. Relatieve overleving is een benadering voor kankerspecifieke sterfte (IKNL 2022IKNL, Kanker in Nederland (2022)).
De toename in overleving van kanker is onder andere te danken aan verbeterde diagnostiek en behandeling. Daarbij is het aantal diagnoses van kankersoorten met een relatief gunstige  prognose sneller gestegen dan van kankersoorten met een slechtere prognose. Dit draagt bij aan de toename van de overleving  van alle kankersoorten samen (IKNL).

Tabel: Relatieve vijfjaarsoverleving (%) naar kankersoort
Kankersoort Diagnoseperiode 1991-1995 Diagnoseperiode 2016-2020
Huidkanker - plaveiselcelcarcinoom 90,2 (89,2 - 91,2) 95,1 (94,6 - 95,6)
Huidkanker - melanoom 81,3 (80,2 - 82,4) 94,0 (93,4 - 94,5)
Prostaatkanker 68,4 (67,6 - 69,2) 88,9 (88,2 - 89,5)
Borstkanker 77,5 (76,9 - 78,1) 88,5 (87,9 - 89,1)
Baarmoederhalskanker 63,4 (61,6 - 65,1) 68,7 (66,5 - 70,7)
Dikkedarmkanker 52,8 (52,1 - 53,4) 69,5 (69,0 - 70,1)

- Colonkanker

52,8 (52,1 - 53,6) 69,4 (68,7 - 70,0)

- Endeldarmkanker

52,3 (51,2 - 53,3) 69,7 (68,7 - 70,7)
Longkanker 12,1 (11,7 - 12,4) 25,8 (25,3 - 26,3)

Bron: IKNL Nederlandse Kankerregistratie

  • Tussen haakjes en cursief staat het 95%-betrouwbaarheidsinterval (95%-BI Betrouwbaarheidsinterval (Betrouwbaarheidsinterval)).

  • A.M. Gommer (RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))