Ruim een kwart van bevolking heeft jaarlijks contact met fysio- of oefentherapeut

Bijna 26% van de thuiswonende bevolking had naar eigen zeggen in 2020 contact met een fysio- of oefentherapeut. Patiënten die in 2020 werden behandeld door een fysio- of oefentherapeut hadden gemiddeld 12 behandelingen. Vrouwen gingen vaker naar de fysio- of oefentherapeut dan mannen.  Volgens de NIVEL Nederlands Instituut voor Onderzoek van de Gezondheidszorg (Nederlands Instituut voor Onderzoek van de Gezondheidszorg) Zorgregistratie Eerste lijn zijn de meest voorkomende aandoeningen waarvoor zorg gevraagd wordt, aandoeningen van spier, pees en bindweefsel van de lumbale en cervico-thoracale wervelkolom. Hieronder vallen respectievelijk lage rugpijn en pijn aan de nek/schouder (van den Dool & Meijer 2021van den Dool, J., Meijer, W., Zorg door de Fysiotherapeut: Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn, Jaarcijfers 2019 en trendcijfers 2016-2019, Utrecht (2021)).

Gebruik van fysio- of oefentherapie 2020. Door thuiswonende mensen (volgens eigen opgave)
Fysio- en oefentherapeut

Mannen

Vrouwen

Totaal

% met contact

21,8

29,6

25,7

Aantal contacten per inwoner

2,5

3,7

3,1

Aantal contacten per patiënt

11,5

12,6

12,1

Bron: CBS-Gezondheidsenquête

  • De dataverzameling van de Gezondheidsenquête was in 2020 verstoord door de Covid-19-pandemie. Ook hebben de pandemie en de bijbehorende maatregelen mogelijk het zorggebruik van de respondenten beïnvloed. Zie de verantwoording voor meer informatie.

Meer informatie


Contact met een zorgverlener 2014-2020

Sla de grafiek Contact met een zorgverlener 2014-2020 over en ga naar de datatabel

Bron: CBS-Gezondheidsenquête

Daling zorggebruik

In de periode 2014-2020 zijn per beroepsgroep verschillende ontwikkelingen in het gebruik te zien. Zo is het percentage personen dat gebruik maakt van huisartsen zorg na een toename in 2015 redelijk stabiel. Fysio- en oefentherapie laat een ander beeld zien dat zich kenmerkt door meer fluctuaties. Het percentage gebruikers van tandheelkundige zorg nam in 2017 toe, waarna het zich weer stabiliseerde.

COVID-19-uitbraak van invloed op het zorggebruik

De daling van het zorggebruik in 2020 kan gerelateerd worden aan het feit dat er aan het begin van de COVID-19-uitbraak per saldo minder gezondheids- en zorgdiensten werden geleverd. De mondzorg kwam bijna tot stilstand in de eerste weken van het tweede kwartaal, huisartsen leverden tijdens de piek van de coronapandemie minder zorg. In het vierde kwartaal van 2020 lag het zelfgerapporteerde zorggebruik voor zowel huisarts als specialist als tandarts op vergelijkbaar niveau als in het vierde kwartaal van 2019 (CBS, 2020).

  • R. Gijsen (RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))
  • M.J.J.C. Poos (RIVM)
  • C. Deuning (RIVM)